fbpx

Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed: meer ruimte voor zonnepanelen op monumenten in Limburg.

Eigenaren van monumenten krijgen meer ruimte om zonnepanelen te plaatsen. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) past hiertoe zijn adviesbeleid aan. Dat meldt minister Van Engelshoven.

Bij rijksmonumenten werd al positief geadviseerd over zonnepanelen die uit het zicht liggen, geen aantasting vormen van waardevolle onderdelen en zorgvuldig op het dak worden aangebracht. Op plaatsen waar zonnepaneelsystemen in het zicht worden voorgesteld, is voortaan niet langer zichtbaarheid het beslissende criterium, maar de mate waarin het beeld van het monument en zijn omgeving wordt verstoord. Daardoor kan vaker positief geadviseerd worden over zonnepanelen die zichtbaar zijn vanaf publiek toegankelijk gebied, als er op of bij het monument geen andere mogelijkheden zijn.

Randvoorwaarden
Een van de voorwaarden voor een positief advies voor pv-systemen in het zicht is een zorgvuldig afgewogen ontwerp. Er zal ook geen sprake mogen zijn van een ernstige visuele verstoring. Voor bijzondere daken, voor monumenten in beschermde stads- en dorpsgezichten, historische buitenplaatsen en complexen gelden specifieke uitgangspunten. De mogelijkheden voor zonnepanelen zijn daar beperkter.

Voor een positief advies door de Rijksdienst over pv-systemen in het zicht zijn er de volgende randvoorwaarden:

  1. Alternatieven elders op het perceel of uit het zicht zijn afgewogen en leveren geen rendabele installatie op.
  2. De energieopwekking is ten bate van het eigen (monumentale) pand en er wordt geen cultuurhistorisch waardevol groen gekapt om de bezonning te verbeteren.
  3. Er is een zorgvuldig ontworpen plan voor het aanbrengen van de pv-systemen, zodat er geen sprake is van een onevenredige visuele verstoring van het monument of zijn omgeving. Dit blijkt onder meer uit:
    1. historische dakelementen of opbouwen (schoorstenen, dakkapellen, decoraties, et cetera) worden behouden;
    2. de zonnepanelen worden in een rechthoekig en regelmatig geordend plan gelegd (legplan) dat ondergeschikt blijft aan de hoofdvorm van het dak en de daarop aanwezige elementen;
    3. de zonnepanelen hebben een zoveel mogelijk op de aard en kleur van het dak afgestemde kleur, zonder hinderlijke patronen of opvallende randen;
    4. maximeren van de opbrengst (aantal zonnepanelen of keuze dakvlak) mag niet ten koste gaan van de monumentale waarden;
    5. op bijzondere daken, binnen beschermde stads- en dorpsgezichten, bij gebouwen van een als complex aangewezen monument en historische buitenplaatsen gelden aparte uitgangspunten.

Bijzondere gevallen
In de volgende gevallen is er sprake van een bijzondere situatie die vraagt om extra aandacht:

  1. Bijzondere daken: op daken met een bijzondere vorm of afwerking is het plaatsen van pv-systemen in principe ongewenst. Dit betreft bijvoorbeeld ronde, spitse of veelhoekige daken, daken met een bijzonder decoratief patroon of daken van bijzondere materialen, zoals zeldzame dakpannen, sommige leien daken, de meeste daken van riet, koper, zink of lood.
  2. Bijzondere ligging: beschermde stads- en dorpsgezichten vormen historische ensembles van een stedenbouwkundige of landschappelijk geheel met historische bebouwing. Rijksmonumenten zijn daarin vaak belangrijk. Als het gemeentelijk beleid dit mogelijk maakt, is de Rijksdienst positief over pv-systemen op daken die vanuit de openbaar toegankelijke ruimte niet zichtbaar zijn. Pv-systemen die in het zicht liggen, worden bij voorkeur vermeden. Voor gebouwen die een belangrijke rol spelen in het aanzicht van een beschermd gezicht, adviseert de Rijksdienst negatief over pv-systemen in het zicht. Het gaat dan bijvoorbeeld om gebouwen in het zicht die boven de gemiddelde bouwmassa uitsteken, gebouwen die gelegen zijn in de zichtlijnen van bijvoorbeeld straten of grachten of die deel uitmaken van een historische pleinwand. Dit geldt ook voor binnenplaatsen of -tuinen van rijksmonumenten of rijksmonumentale complexen.
  3. Bijzondere ligging: van rijkswege aangewezen historische buitenplaats, gebouwen waarvan ook de tuinaanleg de status van rijksmonument heeft of die onderdeel zijn van een als complex aangewezen monument. Beschermde buitenplaatsen en gebouwen met een historische tuinaanleg vormen bijzondere complexen van groen en gebouwd erfgoed. De oorspronkelijke aanleg en/of de in de loop der tijd gegroeide situatie heeft bijna altijd een zeer hoge beeld- en ontwerpkwaliteit. Zichtassen spelen er bovendien een belangrijke rol. Zichtbare zonne-energie-installaties op de hoofdgebouwen en in de zichtassen van deze ensembles zijn ongewenst.

Brandveiligheid
Het verduurzamen van een monument is volgens de Rijksdienst ook in het belang van het behoud ervan. ‘Verduurzaming draagt namelijk bij aan het toekomstig gebruik: dankzij zorgvuldig gerealiseerde duurzaamheidsaanpassingen blijft het monument functioneel en behoudt het zijn vastgoedwaarde. Bij de ingrepen die nodig zijn voor verduurzaming, is het altijd zoeken naar een balans’, aldus de organisatie in het adviesrapport.

 

Bronvermelding; Solarmagazine 26 juni 2020

SCROLL TO TOP